Jeremia 14:3

SVEn hun voortreffelijken zenden hun kleinen naar water; zij komen tot de grachten, zij vinden geen water, zij komen [met] hun vaten ledig weder; zij zijn beschaamd, ja, worden schaamrood, en bedekken hun hoofd.
WLCוְאַדִּ֣רֵיהֶ֔ם שָׁלְח֥וּ [צְעֹורֵיהֶם כ] (צְעִירֵיהֶ֖ם ק) לַמָּ֑יִם בָּ֣אוּ עַל־גֵּבִ֞ים לֹא־מָ֣צְאוּ מַ֗יִם שָׁ֤בוּ כְלֵיהֶם֙ רֵיקָ֔ם בֹּ֥שׁוּ וְהָכְלְמ֖וּ וְחָפ֥וּ רֹאשָֽׁם׃
Trans.wə’adirêhem šāləḥû ṣə‘wōrêhem ṣə‘îrêhem lammāyim bā’û ‘al-gēḇîm lō’-māṣə’û mayim šāḇû ḵəlêhem rêqām bōšû wəhāḵələmû wəḥāfû rō’šām:

Algemeen

Zie ook: Qere en Ketiv

Aantekeningen

En hun voortreffelijken zenden hun kleinen naar water; zij komen tot de grachten, zij vinden geen water, zij komen [met] hun vaten ledig weder; zij zijn beschaamd, ja, worden schaamrood, en bedekken hun hoofd.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

אַדִּ֣רֵיהֶ֔ם

En hun voortreffelijken

שָׁלְח֥וּ

zenden

צעוריהם

hun kleinen

צְעִירֵיהֶ֖ם

-

לַ

-

מָּ֑יִם

naar water

בָּ֣אוּ

zij komen

עַל־

-

גֵּבִ֞ים

tot de grachten

לֹא־

-

מָ֣צְאוּ

zij vinden

מַ֗יִם

geen water

שָׁ֤בוּ

zij komen

כְלֵיהֶם֙

hun vaten

רֵיקָ֔ם

ledig

בֹּ֥שׁוּ

zij zijn beschaamd

וְ

-

הָכְלְמ֖וּ

ja, worden schaamrood

וְ

-

חָפ֥וּ

en bedekken

רֹאשָֽׁם

hun hoofd


En hun voortreffelijken zenden hun kleinen naar water; zij komen tot de grachten, zij vinden geen water, zij komen [met] hun vaten ledig weder; zij zijn beschaamd, ja, worden schaamrood, en bedekken hun hoofd.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!